NMN bij MCAS en MCS

Kijk in onze uitgebreide kennisbank
< Alle onderwerpen
Afdrukken

NMN bij MCAS en MCS

NMN is een vorm voorloper van de actieve vorm van niacine, ofwel vitamine B3. Om NMN bij MCAS en MCS te gebruiken leg in dit artikel al de verschillende vormen en voorlopers van vitamine B3 uit zodat je weet welke vorm voor jou het beste geschikt. Er zijn veel vormen en de keuze kan moeilijk zijn : niacine en nicotinamide, NAD, NADP, NR en NMN.

Een paar maanden terug schreef ik een uitgebreid artikel over thiamine/vitamine B1. Een tekort aan deze vitamine zorgt voor klachten die in op vele vlakken overeenkomen met de klachten bij MCAS. 

Een tekort aan thiamine kan genetisch zijn maar ook ontstaan door tekort aan vitamine B3 ofwel niacine. Deze vitamine is betrokken bij de afbraak van acetyldehyde. Als er een tekort aan niacine is kan acetyldehyde gaan stapelen en ontstaat er een tekort aan thiamine en kun je gevoelig worden voor chemische stoffen. We noemen dit Multiple Chemical Sensitivity (MCS), wat zorgt voor mestcelactivatie. 

Voldoende niacine: mijn persoonlijke hypothese (dus nog niet wetenschappelijk onderzocht, wel zijn er vele onderzoeken over deze onderwerpen, maar niet in verband met MCAS)

  • verbeterde afbraak acetyldehyden > geen mestcelreactie op chemische stoffen
  • normaal thiamine gehalte>geen insuline resistentie> voorkomt mestcelreactie
  • normaal thiamine gehalte> geen oxalaat stapeling>geen NOX enzymreactie> geen ontsteking> geen mestcel reactie
  • geen metabool syndroom, betere koolhydraat/vetten/eiwitten verwerking> normale energie, voldoende ATP.

Voldoende Niacine (vitamine B3) is dus essentieel om MCS te voorkomen en te behandelen en MCAS te verlagen zo niet, te verhelpen. Niacine zorgt ervoor dat er niet te veel triglyceriden (vetten) in je bloed zijn, en de ontstekingsgevoeligheid in het lichaam en vooral van de alvleesklier verlaagt. De ontstekingen zorgen weer voor problemen met cholesterol  en verstopte aderen. Een te hoog triglyceridengehalte zorgt ook voor stofwisselingsproblemen en insuline resistentie. Deze twee laatste problemen spelen ook een belangrijke rol bij MCAS. Wil je voor deze problemen niacine gebruiken dan heb je hoge doseringen nodig. 

Niacine is een wateroplosbare vitamine en wordt via de maag en de dunne darm opgenomen waarna het omgezet wordt in de actieve vorm nicotinamide. Het wordt niet opgeslagen in vetcellen, maar kan naar de rode bloedcellen worden gebracht en daar als reserve worden opgeslagen. Een teveel aan niacine wordt uitgescheiden via de nieren, je plast het dus uit. Je kunt niacine niet in het bloed meten, maar wel in de urine.

Ren nu niet naar de winkel voor een niacine/vitamine B3 supplement, want deze bevat puur niacine en heeft nogal wat bijwerkingen als je het als losse vitamine inneemt. B-vitaminen werken samen. De bijwerkingen van een niacine supplement van 50 mg of meer kunnen zijn: diarree, hoofdpijn, maagklachten, opgeblazen gevoel en de meest bekende “de niacine flush” waarbij je een warm en brandend, tintelend gevoel krijgt in je gezicht en borst en je huid rood wordt. 

De flush wordt veroorzaakt door een sterke verhoging van prostaglandine 2, een ontstekingsbevorderende stof die ervoor zorgt dat basofielen histamine vrijlaten. 

De focus bij MCAS ligt op overactieve mestcellen, maar wist je dat basofielen ook histamine vrijlaten? Mestcellen en basofielen zijn allebei witte bloedcellen in het immuunsysteem. Het verschil tussen mestcellen en basofielen is dat mestcellen ongeveer 90% meer granulen (granulocyten, korreltjes vol mediatoren) bevatten dan basofielen. Mestcellen blijven in weefsels en basofielen reizen via het bloed in je lichaam rond.  Daarbij komt nog dat basofielen geen geheugen hebben, ze herkennen de pathogenen waar ze eerder aan zijn blootgesteld, niet. Ze vallen gewoon alle onbekende stoffen in je lichaam aan. 

 (Het verwarmende effect zou ontstaan doordat niacine tijdelijk serotonine verhoogt. Serotonine werkt op de hypothalamus en deze reguleert de lichaamstemperatuur. Bij een onderzoek zag men dat een serotonine antagonist de verhittende werking van niacine met 90% afnam.) 

Zeker bij MCAS is het niet verstandig om vitamine B3 in niacine vorm te gebruiken. Er is ook andere vorm die geen flushes geeft, dit is nicotinamide. Je lichaam zet nicotinamide om in de actieve vorm van niacine: Nicotinamide adenine dinucleotide (NAD) en nicotinamide adenine dinucleotide fosfaat (NADP). Dit zijn de vormen die je weefsels kunnen opnemen.

Wat is het nut van NAD?

NAD is essentieel voor meer dan 400 verschillende enzymprocessen in je lichaam. Het zet koolhydraten, vetten en eiwitten om in ATP (adenosine trifosfaat), dit is de energie die je cellen gebruiken.

Heb je een tekort aan NAD dan kan je lichaam niet voldoende energie produceren, zijn er niet genoeg enzymen die de cellen normaal laten functioneren,  kan de integriteit van je genen aangetast worden en kunnen de genen minder goed werken waardoor enzymen minder goed werken en kunnen cellen niet goed met elkaar communiceren. 

NADP wordt gebruikt om cholesterol en vetzuren te synthetiseren en om antioxidante functies in de cel te ondersteunen. 

NADh en NAD+

Voordat je nu alsnog wegsurft naar een website die NAD supplementen verkoopt wil ik je eerst uitleggen dat er ook van NAD verschillende vormen zijn en dat er ook nog andere heel interessante manieren en  supplementen zijn om het NAD tekort aan te vullen. 

NAD  is er in twee vormen: NADh en NAD+ , dit zijn co-enzymen die het lichaam helpen energie te produceren, daarnaast zijn ze belangrijk voor vele andere biologische processen. 

Een co-enzym is een hulp molecuul, de voornaamste rol is het activeren van enzymen zodat de chemische reacties sneller worden. Het gaat hierbij om enzymen in de cel voedingsstoffen in energie omzetten. Ze zitten in elke cel in je lichaam.

NAD+ en NADh lijken veel op elkaar maar er is wel een verschil. 

Iedere NAD molecuul heeft een redoxkoppel. Deze term wordt gebruikt om gereduceerd en geoxideerde vormen van dezelfde molecuul te beschrijven.

NAD+ is de geoxideerde vorm: het is in een staat waarin het een elektron verliest.

NADh is de gereduceerde vorm: het krijgt de electron die NAD+ verliest erbij.

Redox reacties die  betrokken  zijn bij electronen transfers spelen een centrale rol in de productie van energie.

Wat doet NAD+?

NAD+, ook wel alleen NAD genoemd, ondersteunt de optimale functie van cellen. In bijna iedere cel  in je lichaam zitten mitochondriën (energiecentrales), NAD+ is in het energie productieproces  in de mitochondriën de voornaamste drager van elektronen.  Als de mitochondriën niet goed werken, heb je niet voldoende energie en kunnen biochemische reacties niet plaatsvinden.  

De energie die de mitochondriën produceren wordt opgeslagen in ATP. adenosine trifosfaat moleculen.

NAD+ en energie 

Je kunt NAD+ zien als een molecule die elektronen geeft en neemt, aan en van enzymen in het membraan van de mitochondriën. Ze zijn zeg maar een mechanisme wat elektronen bezorgt en afneemt. Als een shuttlebus die in de cel heen en weer rijdt. Hoe meer bussen er zijn, hoe meer elektronen er kunnen worden getransporteerd en hoe meer energie er zal worden geproduceerd. Zonder NAD+ moleculen kan er geen energie worden geproduceerd en zullen cellen verouderen en uiteindelijk sterven.

NAD+ en sirtuïnes

Sirtuïnes zijn een familie van zeven eiwitten, waarvan er drie worden aangetroffen in de mitochondriën, ze spelen een essentiële rol  in de cellulaire gezondheid. 

Sirtuïnes reguleren de cellulaire homeostase, dat wil zeggen, houden de cellen in balans. Sirtuines hebben de aanwezigheid van NAD+ nodig om goed te kunnen functioneren. 

Onderzoek uit 2017 liet zien dat sirtuines (SIRT1)betrokken zijn bij allergische reacties.  De onderzoekers zagen dat als de sirtuines werden versterkt, anafylactische reacties krachtig onderdrukt werden. Zij zien het verbeteren van de SIRT1 reactie als een mogelijk middel om allergische reacties te behandelen. Het verbeteren van de sirtuines lijkt dus een belangrijke stap in de behandeling van allergische en pseudo allergische mestcel reacties. 

Je kunt SIRT1 activeren met NAD+, maar ook met natuurlijke plantenstoffen, de polyfenolen resveratrol, quercetine, berberine curcumine en fisetine gaven allemaal goede resultaten. Daarnaast heb je dan nog steeds NAD+ nodig. 

Wat in het geval van MCAS interessant is, is dat  SIRT eiwitten in veel voedingsmiddelen zitten die bekend staan als histamine liberators. Maar er zitten ook voedingsmiddelen bij die geen histamine reactie geven. Heb je een reactie op voedingsmiddelen die geen histamine liberators zijn, dan zou je volgens deze theorie last kunnen hebben van de sirtuines door een tekort aan NAD+. Dit is nog niet onderzocht en dus ook niet wetenschappelijk weerlegd. Het is alleen ogenschijnlijk logische redenering en de moeite waard om verder te onderzoeken. 

Histamine liberators met sirtuines: Aardbeien, boekweit, cacao, dadels, koffie, lavas, peterselie, rawit peper, selderij, walnoten.

Geen histamine liberators: Boerenkool, (met zout ingelegde) kappertjes, kurkuma,  olijfolie, roodlof, rode ui, groene thee.

Sirtuïne of SIRT is de verkorte benaming voor Silent information regulator 2 eiwitten. Zij vormen een groep eiwitten die bijdragen aan de regulatie van het aflezen van bepaalde stukken van het DNA. De sirtuines spelen een grote rol bij het silencen, onderdrukken, van genen nabij de telomeren van het DNA. Hierdoor worden de genen in dit gebied niet of minder tot expressie gebracht. wikipedia

Hoe ontstaat een tekort aan NAD+?

Alhoewel NAD+ van nature in het menselijk lichaam wordt geproduceerd verlaagd het als we ouder worden. Dit wordt nog eens versterkt door stress, tekort aan gezonde voeding (voedingsstoffen) en het gebruik van drugs en alcohol. Tegen de tijd dat je 60 bent is je NAD+ gehalte gehalveerd van de hoeveelheid die je had toen je rond de 40 was. 

Een laag NAD+ gehalte wordt gezien bij ouderdomsklachten en chronische aandoeningen bij ouderen:  diabetes, zichtverlies, hartziekten, de ziekte van Alzheimer en Parkinson.

Wat is NADh?

NADh, ook wel bekend als co-enzym 1, is de geactiveerde dragende molecule die elektronen naar de cel brengt. De letter ‘H’ staat voor hydrogen (waterstof) en geeft aan dat de molecuul in de meest actieve vorm is.

NAD+ naar NADh transformatie

NAD+ en NADh zijn dezelfde moleculen. NAD+ transformeert naar NADh. Om een elektron te kunnen dragen, moet NAD tussen deze twee vormen heen en weer veranderen. Dus zodra NAD+ een elektron van glucose neemt, wordt het NADh, de molecuul in de gereduceerde vorm. NADh transporteert de elektron naar de mitochondriën waar de cel de energie op kan nemen die in de elektron is opgeslagen. NADh geeft dan de elektron af aan zuurstof waarna het weer NAD+ is.

NAD+ kun je zien als de lege shuttle bus die wacht tot het gebruikt kan worden. Het is klaar om de elektronen naar de mitochondriën te brengen.  Het verschuiven tussen de (geoxideerde) NAD+ en (gereduceerde) NADh vormen neemt een centrale rol in de respiratie, dit is een metabool proces dat glucose in energie omzet.

NAD+ naar NADh verhouding

De verhouding van NAD+ naar NADh in de cellen is heel erg belangrijk. De verhouding bepaald hoe effectief de cellen energie kunnen produceren. Als je ouder wordt, verlaagt het NAD+ gehalte en verhogen de NADh. Wil je een gezond lichaam dan is het echter beter om meer NAD+ dan NADh te hebben.

 

MCAS en NAD+

Een verlaagde hoeveelheid NAD+ draagt bij aan een verslechtering van de immuuncellen. 

Bij een onderzoek bij muizen, werden menselijke mestcellen uit beenmerg en navelstreng gebied behandeld met NMN en NR, de twee NAD+ voorlopers om te zien of dit invloed had op een anafylactische reactie. (passieve systemische anafylactie) en passieve cutane anafylaxie. 

NMN en NR onderdrukte de intracellulaire signalering stroomafwaarts van FcεRI, evenals de afgifte van inflammatoire cytokinen en lipidemediatoren. Door NMN of NR direct in de buikholte toe te dienen verzwakte de IgE gemedieerde anafylactische reacties aanzienlijk. Ze zagen ook dat NAD+ alleen goed werkt als er voldoende sirtuines (specifiek Sirt6) zijn, NMN stimuleert de activiteit van sirtuines. 

 

Hoe verhoog je de NAD+ in je lichaam?

Pak leefstijl oorzaken aan: stress en blootstelling aan gifstoffen. Daarnaast kun je voeding met tryptofaan verhogen vooral vlees en melk bevatten veel tryptofaan. Tryptofaan wordt in de lever onder andere omgezet in niacine/vitamine B3.

De volgende voedingsmiddelen bevatten niacine en tryptofaan, in aflopende hoeveelheid. 

Niacine (B3) in voedingTryptofaan in voeding
Kip en kalkoenKip en kalkoen
RundvleesRundvlees
LeverTofu
ZonnebloempittenVis
Pinda’sBonen
AvocadoMelk
DoperwtenNoten en zaden
Havermout
Eieren

Wat betreft supplementen kun je kiezen tussen Nicotinamide mononucleotide (NMN) en nicotinamide riboside (NR) dit zijn de voorlopers van NAD+. Je kunt ze allebei als supplement kopen, NMN werkt krachtiger dan NR en beide zijn nu vooral bekend als anti-verouderings vitaminen. 

NMN is van nature in kleine hoeveelheden aanwezig in fruit en groenten zoals avocado’s, broccoli, kool, edamame en komkommers, maar het meeste wordt gesynthetiseerd uit nicotinamide. Als dit omzettingsproces goed verloopt, heb je waarschijnlijk wel voldoende NMN, maar de vraag is of dit proces bij iedereen zo goed verloopt.

NMN en NR werken, net als NAD+ en NADh, samen. NMN kan door het lichaam worden omgezet in NR, dat vervolgens de cellen binnengaat en weer wordt omgezet in NMN door een enzym dat nicotinamide-riboside kinase (NRK) wordt genoemd. Meer recentelijk werd een ‘ongrijpbare’ transporter ontdekt, die NMN rechtstreeks in cellen kan transporteren.

 

Wat is beter, een NR of NMN supplement?

Uit wetenschappelijk onderzoek denkt men dat NMN beter is dan NR omdat NMN dichter bij NAD+ ligt. NR moet eerst nog in NMN omgezet worden en NMN laat meer indrukwekkende anti-verouderings resultaten zien dan NR. DE experts op het biotechnologisch gebied van NAD+ gebruiken NMN. Je zou ook meer energie krijgen van NMN dan NR. Er wordt meer reclame gemaakt voor NR omdat NMN nog een relatief nieuw molecuul is waar je geen patent op kunt krijgen en het tot voor kort erg duur en moeilijk was om te produceren.

NMN wordt door celmembranen rechtstreeks in het cytoplasma van de cel getransporteerd, door een enzym genaamd Slc12a8. 

Bronnen:

https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/35547746/

https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/6793718/

https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/18784348/

https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/28332048/

https://my.clevelandclinic.org/health/body/23256-basophils

https://resetiv.com/blogs/news/nadh-vs-nad

https://my.clevelandclinic.org/health/body/23256-basophils

https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7426493/

https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7238909/

Inhoudsopgave